De commotie die de afgelopen dagen is ontstaan rondom Piet Boekhoud is niet terecht en doet onrecht aan de pas geridderde onderwijsman. Zoals vaak het geval is wordt er nieuws gemaakt en onwaarheden gepubliceerd en feiten onjuist geïnterpreteerd. In dit geval door het AD. Helderheid is hier op zijn plaats denk ik.
De feiten op een rij:
Piet Boekhoud verdient als voorzitter van het College van Bestuur een normaal salaris, dat prima past binnen de salariscode die geldt voor bestuurders in de MBO-sector. Zeker niet exorbitant, ook niet als wordt gekeken naar vergelijkbare functies in de publieke sector.
In overleg tussen Piet en de Raad van Toezicht is besloten dat Piet terug zou treden als voorzitter van het College van Bestuur. Daarmee wilde de RvT niet dat de kennis en inzet van Boekhoud voor de jongeren van het Albeda, voor het beroepsonderwijs en voor de jongeren in Rotterdam verloren zouden gaan. En dus heeft de RvT afgesproken dat Piet Boekhoud weliswaar terugtreedt als voorzitter CvB, maar in dienst blijft van het Albeda.
De invulling van dat dienstverband zal zeker geen vaag adviseurschap betreffen. Het gaat in ieder geval over een fulltime invulling van dat dienstverband. En full-time betekent voor Piet 60, 70, soms nog meer uren per week. Voor het Albeda al sinds 1971, overigens.
Afgesproken is dat hij voor dat fulltime dienstverband in het eerste jaar nadat hij terugtreedt hetzelfde salaris ontvangt als in de achterliggende jaren. De 2 jaren daarop zou het gaan om 85% van dat salaris. En daarna zou – als Piet daarvoor kiest – sprake zijn van FPU.
Ook is afgesproken dat inkomsten uit andere functies worden verrekend met het afgesproken salaris.
Kortom: het gaat hier niet om een ‘vertrek-regeling’: als Piet vertrekt krijgt hij niets. Als hij zich fulltime inzet krijgt hij salaris. Een salaris dat bovendien na verloop van tijd lager wordt.
En dan de pensioenvoorziening. Dat is niet iets wat Piet zomaar krijgt. Het is een voorziening op de begroting van het Albeda, een potje, waaruit een aanvulling op het pensioen zal worden uitgekeerd om een flink pensioengat aan te vullen.
Alles is uiteraard zoals dat hoort met de medezeggenschapsraad besproken. Daarbij zijn alle vragen naar tevredenheid beantwoord.
Wat heeft het AD nu gedaan: alle salarissen die Piet bij een fulltime dienstverband zal verdienen vanaf 1 januari 2010 tot aan zijn FPU bij elkaar optellen. Dat zijn 3 jaarsalarissen. Daarnaast is de totale pensioenvoorziening daarbij opgeteld, die vanaf zijn pensioen over de jaren daarna wordt uitgekeerd. Alles bij elkaar gaat het dan om 7 ton. Vervolgens wekt het AD het beeld dat die 7 ton in de broekzak van Boekhoud zit. Deze berichtgeving is suggestief en onjuist.
Ook legt het AD op grond van het jaarverslag een verband met de financiële situatie in 2007. Dat was financieel een heel moeilijk jaar, niet door wanbeleid maar door allerlei factoren. Door Piet en de rest van de instelling is sinds dat dieptepunt enorm geknokt om dat tij te keren. En met succes: Albeda staat er weer veel beter voor.
Publieke aandacht (en in sommige gevallen ook publieke zorgen) over bestuurdersbeloningen in het onderwijs zijn terecht. Het gaat om publiek geld, onderwijsgeld, waarover publiek verantwoording moet worden afgelegd. Dat is voor het CDA en haar Rotterdamse bestuursvoorzitter heel wezenlijk. Echter, midden in een terechte discussie over publieke beloning hebben verkeerd geïnterpreteerde feiten geleid tot verkeerd getrokken conclusies. Dit heeft geleid tot een volstrekt verkeerd beeld over Piet. Iedereen die de man en zijn inzet voor jongeren kent zal zich hebben verbaasd over de publiciteit van de laatste dagen. Piet verdient beter!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten